Door Jelmer – Fysiotherapeut & Manueel therapeut
Hallo allemaal! Voor mij een primeur: mijn allereerste blog.
Mijn naam is Jelmer, inmiddels al ruim acht jaar fysiotherapeut én manueel therapeut bij praktijk Parklaan en vanaf vandaag dus ook blogger.
Het doel van dit blog? Op een laagdrempelige manier kennis delen over ons mooie vak, herkenning bieden én jullie hopelijk helpen om beter met blessures om te gaan. En wie weet… ooit een recept voor een maaltijd die blessures sneller herstelt, maar zover zijn we nog niet.
Vandaag begin ik met een onderwerp waar ik zelf genoeg ervaring mee heb: knieblessures. Sterker nog, in deze eerste blog neem ik mezelf als casus. Want ja, ook fysiotherapeuten zijn gewoon mensen — en ook ik heb meer dan eens met pijnlijke knieën rondgelopen.
Mijn eigen knieblessure (en wat jij hier aan hebt)
We gaan even terug naar toen ik 14 jaar oud was. Ik was sportief, energiek en net gestopt met voetbal, dat ik vanaf mijn zesde had gespeeld. Skateboarden was mijn grote passie en daar was ik elke dag mee bezig. Toen steeds meer vrienden stopten met skaten, besloot ik iets nieuws te proberen: basketbal.
Ik was lang voor mijn leeftijd, sprong hoog dankzij het skateboarden en ging me volledig richten op basketbal. Dat betekende dagelijks trainen, wedstrijden spelen en veel springen. En toen begon het: pijn onder mijn knieschijven.
Eerst alleen bij het opwarmen, later tijdens het spelen en uiteindelijk zelfs in rust. Traplopen deed pijn, heuvel op fietsen deed pijn, maar vooral rennen en springen waren pijnlijk. Het klassieke begin van een kniepeesblessure.
Wat vertelt deze casus?
Veel van de informatie die je hierboven leest, is precies wat wij normaal uit een vraaggesprek halen. Wanneer je mijn verhaal analyseert, vallen er meteen een aantal duidelijke factoren op:
Een jaar geen teamsport gespeeld (dus minder loopbelasting)
Overstap van skateboarden naar basketbal (van veel springen naar ren- en springvormen)
Dagelijks sporten (weinig herstelmomenten)
Veel extra sprongoefeningen (hoge trekbelasting op de kniepees)
Tijdens opwarmen nog pijnvrij kunnen sporten (kenmerkend voor betrokken peesweefsel)
Toename van klachten in enkele weken (versnelde irritatie)
Klachten aan beide knieën (duidelijke overbelasting)
Toch doorgaan met sporten ondanks pijn (veel voorkomend en meestal niet verstandig)
Bij elkaar opgeteld is dit een duidelijk patroon van overbelasting.
En jij? Herken je jezelf in deze vragen?
Als je nu knieklachten hebt, kijk dan eens terug op de afgelopen weken en stel jezelf de volgende vragen:
Ben ik een periode minder actief geweest?
Ben ik gestart met een nieuwe sport of activiteit?
Heb ik extra trainingen toegevoegd?
Neem ik voldoende rust tussen trainingen?
Ga ik door terwijl ik pijn voel?
Is de pijn alleen tijdens het sporten of ook in rust?
Wat zijn de drie activiteiten die het meest pijnlijk zijn?
Deze vragen helpen enorm om te begrijpen waar jouw klacht vandaan komt en hoe je deze het beste aanpakt.
Welke blessure had ik?
Mijn blessure staat bekend onder verschillende namen:
Jumpers knee
Springersknie
Patellapees-irritatie
Patellofemorale tendinitis
Allemaal verwijzen ze naar hetzelfde: pijn aan de voorzijde van de knie, precies onder de knieschijf. Dat is de plek waar de grote pees van de quadriceps aanhecht op het scheenbeen.
Bij springen, sprinten en afremmen komt daar veel kracht op terecht. Wanneer die belasting structureel hoger is dan wat de pees aankan, ontstaat irritatie of zelfs ontsteking.
Had het anders gekund?
Terugkijkend had ik waarschijnlijk eerder moeten stoppen en aan de bel moeten trekken.
Niet omdat rust alles oplost, maar omdat te lang doorgaan met pijn meestal zorgt voor verergering.
Of het anders was gelopen als ik minder had gesprongen, meer rust had genomen of geen extra oefeningen had gedaan, blijft gissen. Wat ik wel zeker weet: als ik eerder hulp had gezocht, was ik waarschijnlijk sneller hersteld.
Dit is ook precies wat ik veel mensen wil meegeven: wacht niet te lang met het serieus nemen van pijn.
Wat helpt wel bij een overbelaste kniepees?
Hier komt het belangrijkste deel, en misschien niet wat je verwacht.
Absolute rust werkt niet
Rust vermindert tijdelijk de irritatie, maar maakt de pees ook minder belastbaar. Zodra je weer gaat sporten, keren de klachten vaak terug.
Belasting verlagen werkt wél
Dat betekent niet stoppen met sporten, maar de belasting aanpassen.
Minder sprongen, minder explosief werk en kortere of lagere intensiteitstrainingen.
De pees sterker maken is noodzakelijk
Een pees wordt niet sterker van rust, maar van gerichte krachttraining. Dit doen we in fases:
Isometrische oefeningen (statisch, pijnregulerend)
Dynamische krachtopbouw
Zwaardere krachttraining (excentrisch en concentrisch)
Sprong- en loopoefeningen
Sportspecifieke belasting
Het doel is een pees die meer aankan dan de sport of activiteit van je vraagt. Dat vraagt tijd, geduld en intensiteit. Precies de onderdelen die vaak ontbreken als mensen zelf blijven doormodderen.
De puzzel van een goede knierevalidatie
Een kniepeesblessure draait nooit om één oefening of één oplossing.
Het is een puzzel van:
belasting
herstel
kracht
techniek
attitudes en gewoontes
Die puzzel leg je het beste samen met een professional.
Loop je zelf vast met knieklachten?
Blijf er niet mee rondlopen. Hoe eerder je professionele begeleiding inschakelt, hoe sneller je richting herstel gaat.
Je kunt eenvoudig online een intake plannen bij een van onze fysiotherapeuten:
afspraak maken
Of bekijk onze pagina over knieklachten.